Home page Zoeken
top

VWG-Meijendel → Nieuws

(29-11-2013)

Novembertelling 2013: Appelvinken, Waterpiepers en verlate trek


In november zijn in totaal 71 soorten gevonden en wel in 21 kavels. Deze maand is de schijnwerper gericht op de Appelvink. Maar ook andere vinkensoorten vielen op, met name in aantallen. Een vergelijking met hun patroon van voorkomen in andere jaren lijkt erop te wijzen dat dit jaar in onze contreien de trek relatief laat is gaan doorzetten.

Foto: Jan Westgeest
In kavel 52 zijn deze maand twee Appelvinken gesignaleerd! In de afgelopen tien jaren is de soort tijdens de herfst-/wintertellingen in Meijendel slechts twee keer gemeld; beide keren overigens in maart: in 2007 in kavel 54A en in 2009 in kavel 62. De laatste jaren worden er wel in het broedseizoen territoria gevonden, een paar keer in kavel 65 en in 2013 ook in de kavels 8, 52 en 83, samen zelfs zeven territoria!

Waterpiepers zijn eveneens zeldzaam in Meijendel. Zij worden geacht uit de Alpen te komen om te overwinteren. In kavel 105 zijn nu vijf individuen gemeld. In december van 2007 en van 2009 was er eentje in kavel 13S. Ook de Grote barmsijs is geen alledaagse soort in Meijendel; nu een in kavel 14.

En misschien herinnert u zich ook m’n vragen over de Spreeuwen in het verslag van de oktobertelling nog? Welnu, het uitblijven van deze soort toen tegenover z’n relatief hoge dichtheid in november (de op twee na hoogste van de afgelopen tien jaar) past in het-zelfde straatje. Grafisch lijkt het spreeuwenbeeld sprekend op dat van de Vink en de Groenling.

Overigens doet dit verschijnsel zich niet bij de Kramsvogels en de Koperwieken voor. De lijstersoorten lijken dit jaar gewoon op tijd verschenen te zijn. Maar zij konden vanaf hun startplaats in het verre (noord)oosten natuurlijk ook niet weten hoe het weer er bij ons op dat moment uitzag.

Het verloop van de dichtheid van de Vink in Meijendel (aantal/km2) gedurende de herfst-/winterperiode, gemiddeld over de tellingen in de afgelopen tien jaren (2004 t/m 2013). De afzonderlijke punten stellen de waarden gevonden in oktober en november 2013 voor.
Bij de vinkensoorten (Vink, Groenling en Putter) waren de dichtheidswaarden de hoogste in de afgelopen tien jaar. Gemiddeld over al deze jaren blijkt de piek van de dichtheid duidelijk in oktober te vallen (voorbeeld Vink, zie grafiek). Dit jaar echter is deze in november. De lang aanhoudende hoge temperaturen in oktober (zie verslag oktobertelling)  in herinnering roepend lijkt de oorzaak te liggen in een verlate aanvang/doorgang van de vogeltrek bij deze soorten.

Nog enkele leuke waarnemingen tot slot: Vuurgoudhaantjes in de kavels 2, 52 en 91, Baardman in kavel 2, Beflijster in kavel 75, Ooievaar in kavel 91 en IJsvogel in kavel 14. Verder mag de Mandarijneend in kavel 105 niet onvermeld blijven, maar ook niet zonder vermelding van z’n status van exoot. In maart 2012 was er een in kavel 17B gevonden. Van vóór die tijd zijn er geen meldingen. Het zal toch niet om een blijvende nieuwkomer gaan?

Jan Westgeest,
westgeest_jan@yahoo.com

naar boven